Een leerling met van die behoedzame pretoogjes die geleerd heeft tot waar hij kan gaan. Waarschijnlijk heeft hij af en toe eens een klap van iemand gekregen en er ongetwijfeld een paar uitgedeeld. Een prima ventje. Later als hij nog groter is zie ik hem wel hypotheken verkopen. Of auto’s. Deze leerling laat mij weer eens hoe belangrijk onze relatie met leerlingen is.
Een paar maanden geleden leerde ik hem kennen. Aan het begin van het jaar had hij een nieuwe docent. En dan moet je even kijken waar de grenzen liggen. Het bleek een flexibele grens te zijn. Wat de ene les mocht, mocht de andere les ineens niet meer. ‘Ga er maar uit’.
Ik sprak hem toen hij nog boos was van het gebeuren. Waarom moet hij mij hebben? Ik ken hem niet eens. Mooie zin he, ik hoor hem wel eens vaker. Alsof leerlingen zeggen: hoezo stuur je iemand uit de les als je hem niet hebt leren kennen? We hebben nog niets samen, hoe kan je dan al spreken van een verstoorde werkrelatie? Je hebt nog niet eens je best gedaan om mij te bereiken en nu stuur je mij al weg.
Zijn mooie kijkers nemen mij op en kijken of ik onder de indruk ben van zijn verhaal. Ik neem mijn favoriete houding aan tijdens zo’n kort gesprekje. Op mijn hurken tegenover de leerling om zo eventuele dominantie te voorkomen. Een grapje helpt vaak om de boosheid te laten verdwijnen.
Ik vind het belangrijk dat het goed met je gaat. Dat jij straks met die docent weer tot leren kunt komen. Je hebt hem nodig, of je dat nu wilt of niet. Les krijgen is soms lastig. Luisteren naar een docent soms ook. Een docent staat open voor jouw inbreng, maar uiteindelijk is hij wel de docent en zul je je moeten schikken. Maar je hoeft het niet alleen te doen en het is normaal dat het niet altijd even lekker gaat. Dit hoort bij leren en ontwikkelen, dit mag. Gebruik mij maar als krabpaal, daar kan ik tegen. Ik val niet om.
Sinds dit eerste gesprekje kom ik hem af en toe tegen in de school. Ik groet hem en soms vraag ik hoe het met hem gaat. En in zijn ogen zie ik: hij kent mij, hij weet mijn verhaal nog.
En nu leert hij mij zijn les over de relatie met leerlingen. Hij komt naar mij toe en vraagt: meneer wat is er toch met mij? Waarom moet een docent mij altijd hebben? Wat doe ik anders dan andere leerlingen? Zijn mooie kijkers staan verdrietig. Neerslachtig. We praten even wat. Niet te zwaar, want deze dingen gebeuren gewoon. Zijn heel normaal op een school.
Het voelt meer als het liefdestanken wat dreumesen en kleuters doen. Tijdens het spelen komen ze af en toe even bij papa of mama komen staan om weer vertrouwen te krijgen in de rest van de dag en het spel met andere kinderen. Even voelen dat je belangrijk bent. Even merken dat je gezien wordt.
Hij leert mij wat ik natuurlijk al wist. De relatie met leerlingen is belangrijk. Zonder relatie zullen ze niet groeien en zich niet ontwikkelen. Als ik niet laat zien dat ik beschikbaar blijf, ook als hij stom niet-uitgegroeide-hersenen-achtige-dingen doet, dan krijgt hij geen vertrouwen in mij. De relatie met leerlingen kan veel hebben als ik mijzelf niet te serieus neem en zijn gedrag blijf plaatsen in het grote plaatje van ontwikkeling en groei. Wat een eer dat ik daar een deel van mag zijn.
Hij leert mij dat je het vertrouwen van leerlingen niet kunt afdwingen. Maar dat je het krijgt als je jezelf bent en betrouwbaar bent. Als je naast hen gaat staan, present bent. Als je hun gedrag in een grote kader plaatst en vertelt wat wel en niet handig is daarin. Geen trucjes, maar transparant. Geen vriendjes, maar wel vriendelijk. Dat zie ik bij docenten die een relatie met leerlingen goed voor elkaar krijgen. Die zijn er voor hun leerlingen. Niet grenzeloos, maar gepast.
Wat is er toch met mij? Vertel eens. Ik vraag het jou omdat ik weet dat jij mij belangrijk vindt. Dat je niet per se de juiste antwoorden geeft maar wel helpt ze te vinden. Omdat je er al geweest bent.
En daarna wordt hij weer meegetrokken door zijn klasgenoten. Hij kan er weer even tegen. Even getankt. Even gecheckt of ik er nog ben. En wie weet, kan ik een volgende keer rustig met hem in gesprek. En kunnen we spijkers met koppen slaan.
En ik geloof er heilig in dat als we de relatie met leerlingen op een gezonde manier voorop zetten, dat we heel veel problemen binnen scholen kunnen voorkomen. En de schoolleiding heeft daar een grote rol in. Docenten kunnen goede relaties met leerlingen ontwikkelen als de schoolleiding ervoor zorgt dat de docenten zich veilig en gewaardeerd voelen. Als er geluisterd wordt, als er eigenaarschap is. Als er geen energie wegloopt naar discussies of conflicten. Een docent die zich lekker voelt, kan zichzelf zijn richting leerlingen. En de leerlingen tot grote groei brengen. Ik mag het gelukkig vaak zien.
Ben je op zoek naar tips hoe je een relatie met leerlingen kunt opbouwen? Lees eens dit blog op de website van Nivoz. Vond ik persoonlijk een mooi blogje. Ik moet nu trouwens ook even denken aan de lerareneed van de CHE-pabo, ik schreef er een klein blog over. Over de godddelijke liefde voor leerlingen.
Photo by Andrew Neel on Unsplash
Echtgenoot | Vader | Christen | Leerlingbegeleider | Blogger. Ik vind het leuk om met van alles en nog wat bezig te zijn. De rode lijn is steeds dat ik wil losmaken, maximaliseren en inspireren. Wat goed is nog mooier maken. Volg mij via de socials en kijk ook eens op www.chielvoermanblog.nl voor mijn reliblogs.